Het nevenfunctiebeleid van de gemeente bestaat op papier. In de praktijk stelt het niet veel voor. Schrijnend zijn de voorbeelden van ambtenaren die zich bloot stellen aan de schijn van belangenverstrengeling. Het voedt de gedachte dat er geen regie is.
Ambtenaren moeten nevenactiviteiten melden om de kans op belangenverstrengeling te controleren. Denk aan een beleidsmedewerker op de afdeling Sport die toevallig ook voorzitter is van een lokale voetbalclub. Om geloofwaardig te blijven, is het voor overheden van groot belang dat zelfs de schijn van belangenverstrengeling wordt vermeden.
Uit onderzoek van hoeenwaarom.nl blijkt dat er een Haarlemse bouwinspecteur was die naast zijn werk bij de gemeente er ook een bouwadvies-bedrijf op na hield. Soortgelijk is het voorbeeld van een bureauhoofd op de Haarlemse IT-afdeling die (volgens de gegevens van de Kamer van Koophandel) lange tijd een eigen informatiseringsbedrijf runde. Dat het privé-adres van deze medewerker óók voorkomt op een aantal IT-facturen van de gemeente is extra opvallend. Het gaat daarbij om bestellingen van apple-producten.
Volgens een verklaring die is afgegeven aan onderzoekers van PwC zou de bewuste IT-medewerker ‘twee interne waarschuwingen hebben ontvangen vanwege niet integer handelen vanuit zijn eigen bedrijf’.
De man zou na een arbeidsgeschil over zijn nevenactivteiten enige thuis hebben gezeten. Later mocht hij van het gemeentebestuur weer aan de slag. Naar verluidt werkt hij nog steeds bij de gemeente.
De voorvallen tonen aan dat een goede registratie en beoordeling van nevenfuncties noodzakelijk is. In Haarlem leek dit niet het geval en was reden een Wob-verzoek in te dienen naar alle nevenfuncties van Haarlemse ambtenaren.
Aan het begin van de wob-procedure schreef de gemeente dat 733 documenten in aanmerking kwamen voor het informatieverzoek. Ze zouden er echter ‘nul’ openbaren. Want nevenfuncties horen bij het privéleven van de ambtenaar, was de redenering.
Een nogal opmerkelijke uitleg, aangezien ambtenaren verplicht zijn hun nevenactiviteiten te melden. Hiervoor bestaat zelfs een speciaal formulier bij de gemeente. Hoe privé of onnozel de nevenfunctie ook is, het feit dat deze gemeld moet worden, bewijst dat nevenactiviteiten een relatie hebben met het werk voor de gemeente.
Inmiddels zijn de 733 documenten teruggebracht naar twee overzichten met 231 actuele nevenfuncties. Dat ging niet zonder slag of stoot. Drie rechters moesten eraan te pas komen om Haarlem weer in beweging te krijgen.
Uit de briefwisseling met de rechtbank blijkt dat de gemeente Haarlem het spoor bijster is. “Na onderzoek is het verweerder (de gemeente Haarlem, H&W?) gebleken dat niet goed meer is te achterhalen valt hoe de brondocumenten zijn bewerkt tot de afzonderlijke 5 lijsten en welke informatie op de nu verstrekte lijsten ontbreekt en is geopenbaard. Verweerder betreurt dit ten zeerste.”, zo schrijft de gemeente.
In een andere brief wijst de rechtbank de gemeente op selectieve aanlevering van documenten. “De rechtbank stelt vast dat u bij uw brief van 1 november 2018 andere lijsten heeft overlegd dan de lijsten die in bezwaar aan eiser zijn verstrekt. De rechtbank ziet zich gesteld voor de (procesrechtelijke) vraag hoe de verstrekking van deze lijsten moet worden geduid.”
Tegenover de bezwaarcommissie gaf de eerder gemeente toe dat zij de namen en nevenfuncties van hoge ambtenaren eigenlijk al had moeten publiceren. Dat was op 26 juli 2017. Het jaar daar na gebeurde er niets. Onlangs werd duidelijk dat de nevenfuncties inmiddels wel op de gemeentewebsite staan, zij het moeilijk te vinden.
“Aan uw verzoek om de vindbaarheid van de informatie te verbeteren, is inmiddels voor zover technisch mogelijk tegemoet gekomen. Wanneer u nu in het zoekvenster het trefwoord ‘nevenfuncties’ invult, verschijnt een link naar de pagina waar ook de door u bedoelde informatie te vinden is”, aldus bestuursadviseur Eduard Terpstra.
Op de website (helemaal onderaan onder het kopje ‘Over de organisatie’) staan vier hoge ambtenaren vermeld. In het overzicht van de lopende wob-procedure zouden de nevenfuncties van vier andere ambtenaren ook voor publicatie in aanmerking komen. Deze namen zouden zelfs al geopenbaard zijn. Op de website zijn ze echter niet terug te vinden.
“Als het gaat om de vraag voor welke categorie ambtenaren de nevenfuncties openbaar worden gemaakt, volgt Haarlem een advies van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Volgens dat advies zou openbaarmaking moeten gelden voor de nevenfuncties van de gemeentesecretaris en de directeur van een gemeentelijke dienst of bedrijf, dan wel functionarissen in functies die daarmee op één lijn staan maar in het gemeentelijk organisatiemodel een andere benaming hebben”, licht Terpstra toe.
“Volgens het VNG-advies kan daarnaast lokaal bepaald worden of er nog sprake is van ‘andere ambtenaren aangesteld in een functie waarvoor ter bescherming van de integriteit van de openbare dienst openbaarmaking van de nevenwerkzaamheden noodzakelijk is.”
Het valt op dat de hoogste ambtenaar van de gemeente, algemeen directeur of gemeentesecretaris genoemd, volgens de Wob-lijst (met peildatum september 2017) een nevenfunctie heeft. Volgens de gegevens op de website heeft hij geen nevenfunctie. “De heer Scholten was tot 2007 voorzitter van de Stichting Kinderopvang Bodegraven. Deze stichting bestaat al enige tijd niet meer”, meldt de gemeente.
Dat de naam van de gemeentesecretaris 10 jaar na zijn nevenfunctie toch nog op de meest actuele namenlijst van de gemeente voorkomt, voedt de gedachten dat er geen actief beleid is rondom de check op nevenfuncties.
Met het registreren van nevenfuncties voldoet de gemeente aan de wettelijke eis. En daar is alles mee gezegd. Haarlems nevenfunctiebeleid is een papieren werkelijkheid. Uit niets blijkt dat de gemeente ook tussentijdse controles uitvoert om het nevenfunctiebestand up-to-date te houden. Beunhazerij dus.